Fukuoka

Als ik dit schrijf zijn we onderweg met de trein van Fukuoka naar Kumamoto en Kagoshima. We hebben nu een paar keer met de trein gereisd en met de Sinkansen is het een feestje. Zeker als je de NS gewend bent. De treinen zijn mooi ontworpen en luxe uitgerust. O.a. met zeer nette toiletgroep en als man kan je er ook gewoon staand plassen, omdat ze een fatsoenlijk urinoir hebben. We reserveren altijd een stoel bij de JR office, dan weten we zeker dat we een plekje hebben voor onszelf en onze bagage. En het is natuurlijk een mooie check of je reisplan klopt. Okay er is wat onnodige bureaucratie. Als je naar het perron gaat moet je door poortjes en moeten we onze JR passen laten zien, in de trein controleert de conducteur de kaartjes en als we het station verlaten moeten we weer onze passen laten zien en meestal nog onze paspoorten. Dat mag allemaal wel ietsje minder, maar de snelheid en stiptheid zijn echt geweldig. In de vorige rit reden we 661km in 3uur en 18minuten en dat was inclusief een overstap van ca. 30minuten. Nanna las in een Japanse reisgids dat de gemiddelde vertraging over de afgelopen 20 jaar van alle Sinkansen treinen 18 seconden bedraagt. Ik zou deze KPI van de NS wel eens willen weten, haha, ik denk dat ze het schaamrood op de kaken krijgen als ze hun getal van de intercity’s ernaast moeten zetten. Het lijkt me sowieso een goeie, als de voltallige NS eens een weekje stage zou lopen in Japan. 

 

   
 
In Fukuoka zijn we dus vrij vlot. Ook hier hebben ze een gigantisch station met een wereld aan warenhuizen eromheen. We hebben wat moeite om ons te oriënteren, maar we vinden de “?”balie en krijgen een engelstalige stadsplattegrond mee. Hierop vinden we ons hotel en daar stappen na 5 minuutjes lopen tegen 15uur binnen. We hebben een wat grotere hotelkamer met 2 grote bedden, da’s wel lekker naar het bekrompen gedoe op de te kleine hotelkamers met een iets te klein 2-persoons bed.

  
Tegen de avond gaan we de stad in, we lopen via Canal City naar het centrum. Het is gelijk al leuk; Canal City is qua architectuur best geinig en veel kleurijker en groener dan die glazen blokkendozen van de bij ons zo geroemde Koolhaas. 

  
Even verderop bij de brug staan verschillende kraampjes met BBQ of Ramen. Ze zijn net aan het opstarten, dus wij lopen door op zoek naar iets Japans, want Frans/Europese restaurants, pizza-, grill- en foute hamburgertenten zat. In een straatje parallel aan de hoofdstraat zijn verschillende Chinees of Japans uitziende restaurantjes We zoeken wat uit wat volgens ons erg authentiek is. Het is een soort open keuken met een bar eromheen en een stevige Japanner die alles alleen doet: koken, bedienen, bier tappen, kletsen, afrekenen. Dat wordt lachen denken we. Nanna heeft veel moeite met de kaart, want die is handgeschreven in het katakana. Dan maar even vragen, in moeizaam Engels zegt hij dat hij pasta en pizza heeft. Oh jee, het is geen Japanner maar een Italiaan. We twijfelen vertrekken, of blijven. We blijven en er komt ergens toch nog en kaart vandaan met wat engelse woorden erbij geschreven. De vis wordt uitgelegd met een fotoboekje en wij weten wat we gaan eten. Tai, ofwel Sea Bream met tomatensaus en groene asperges en pasta nero met inktvis. Het eten is top en smaakt Italiaans! Eigenlijk beter nog met veel unami en een goede balans tussen zoute en minder zoute onderdelen bij het sea bream gerechtje.

   
  

We drinken er een biertje bij want de wijnkaart is geen beginnen aan, hoewel de andere gasten juist wel wijn drinken.

  
Na het eten rekenen we een redelijk bedrag af, bedanken we de chef en lopen we lachend de zaak uit. 

Op de terugweg naar het hotel is het inmiddels gezellig druk bij de kraampjes op de brug er staan zelfs mensen in de rij te wachten op een plekje. Dat vinden wij wat te veel moeite en bovendien is het inmiddels tamelijk fris, maar ik had nog wel een gaatje over voor een spiesje met het en of ander. Dan maar even langs bij onze favoriete fastfood keten Gyoza no Osho voor een portie Gyoza en een biertje. Nanna heeft wat te opzichtig sjans met een dronken gast, maar die wordt gelijk gecorrigeerd door zijn vrouw, haha.
De volgende morgen gaan we op zoek naar een paar huurfietsen. Bij de eerste zaak hebben ze geen huurfietsen waar we met enig fatsoen op passen, veels te klein. We lopen naar de volgende zaak een half uurtje verderop. Die hebben de hele winkel vol hangen met allemaal hippe karretjes, singel speed, city racers en serieuze racefietsen, dus dat moet goed komen denk ik. Alleen die verhuren ze niet, wel wat aftandse elektro-vouwfietsen. Da’s niks, “without battery please”! Na wat gedoe komt er ergens een oranje afgetrapte stadsfiets vandaan, beetje aan de kleine kant maar het proberen waard. Hij staat echter nog op slot. “Can we try, please” Dat gaat niet gebeuren. Hij zegt “no try”, ik zeg “good bye”. Balen, we lopen al een uur in de stad en nog geen fietsen. Bij het hotel hadden we een foldertje gekregen, die maar eens bellen. Na een gesprek in het Engels wat goed verliep had ik er wel vertrouwen in dat het goed ging komen. Deze man zou twee grote fietsen brengen naar ons hotel. Weer mis, mooie MTB hybrides, maar eentje 17″ en de ander 15″! Ik probeer er een, maar voel me net een beer in het circus. Daichi zegt dat ie niet groter heeft van dit type. Okay dan maar mee in zijn busje en iets uitzoeken. Uiteindelijk lukt het, al blijven het te kleine fietsen. 

  
We fietsen naar Horori park, daar in de buurt is ook een markt met curiosa en eettentjes. Het is er erg druk, we krijgen hulp van een mevrouw in uniform bij het parkeren van de fietsen in de bicycle parking. Maar we blijven niet lang op de markt, beetje een rommeltje en echt te druk. We fietsen Horori park in en ontdekken het hardlooprondje van 2000m dat veel gebruikt wordt. Dan fietsen we over de dam midden door de grote vijver. Nou ja dam, het is meer een smalle parkstrook met dennenbomen en hier en daar wat bankjes. Er zijn wat mannen met radiografisch bestuurbare zeilbootjes aan het varen. Leuk, ik stop en kijk er naar. Ik wordt gelijk begroet met konnichiwa, please to meet you. Ik lach terug en zeg konnichiwa en buig even. Een van de mannen zet zijn bootje in het water en zegt: you want to play? Ja natuurlijk wil ik dat. Hij legt mij even de controls uit en ik vaar met zijn boot. Zeilen kan ik en dat zag hij ook gelijk. Alleen probeer dat ding maar eens op koers te houden als je aan de wind vaart en niet voelt wat de boot doet. Ik vaar wat heen en weer en probeer wat rond de boeien te varen dat gaat redelijk, we hebben plezier. Na een minuut of 10 geef ik de zender terug en bedankt hem hartelijk “Arigatou gozoimasu!” 

   
        
 We kijken nog even als zij een wedstrijdje doen over twee rondes. Lachen hoor, wat kijken ze opeens serieus. De man die mij zijn bootje liet proberen wordt tweede, maar degene die wint heeft een boot die wel anderhalf keer zo groot is. Als ze gefinished zijn vertrekken we, we groeten en fietsen weg. Op zoek naar een eetgelegenheid. Die vinden we netbuiten het park, een chinees restaurant. Nanna neemt gebakken noedels met groenten en zeevruchten, lekker en prima voor lunch. Ik bestel Champon, chinese noedel soep, met veel groenten, spek en zeevruchten, echt lekker en een giga portie.

  
Na de lunch fietsen we naar de kust en kijken wat daar te doen is. Bij een riviermonding waar ca. 20 cm water staat wordt door heel veel mensen op kokkels gevist. Graven met een soort harkje en iedereen heeft toch wel een emmertje vol. Het lijkt de favoriete zondagmiddag-bezigheid voor de hele familie. 

  
Op de terugweg pakken we nog even een terrasje langs het strand. Wel grappig Nanna fotografeert een te ingepakte Japanse vrouw en een minuut later staat die vrouw een foto van ons te maken. 

 
   

‘s Avonds eten we bij een echte Japanner, Hakata Motsunabe. Sashimi van vis met wasabi en sashimi van paardenvlees met gember. Rauw paardenvlees is nieuw voor ons, maar het smaakt verrukkelijk. Ik wist niet dat er zulk mooi en vet vlees aan een paard zat.

  
En we nemen de plaatselijke specialiteit: hot pot op basis van bouillon van de dikke darm van een koe, gelukkig is het een stuk smakelijker dan het klinkt. 

De volgende ochtend is het regenachtig weer zoals voorspeld, maar wij gaan toch maar even hardlopen in Horori park. Prima temperatuurtje en leuke omgeving met andere lopers. We lopen het rondje van 2000m. Als ik er bijna 6km op heb zitten haal ik Nanna in. Samen lopen we verder totdat Nanna ook 6km heeft gelopen. Tijd voor een foto, want PR! 😀

  
Inmiddels begint het steeds harder te regen en op de terugweg worden we zeiknat. Dus tijd om te douchen en onze sportkleren te wassen. 
De rest van de dag besteden we aan shoppen in de warenhuizen in en om het station. Het is echt gigantisch groot het hele ding telt elf verdiepingen. De eerste twee zijn vooral restaurants en foodcourt, daarboven winkels met kleding, hobbyspullen, mega boekenzaak etc. vanaf de negende weer restaurants en dan vooral de wat sjiekere. Bovenop is een daktuin/terras, leuk aangelegd met mooi uitzicht over de stad.

   
     Hoe groot het foodcourt is komen we pas echt achter als we niet de roltrap maar de lift naar beneden nemen. We komen terecht in een ander gedeelte en zijn even verdwaald. Wel spotten we nog even wat exorbitant geprijsde fruitschalen en een mango van 11000Yen/ 85euro.

   

    
 
Met wat zoekwerk, verdiepinkje omhoog, verdiepinkje omlaag, komen we weer in het voor ons bekende gedeelte terecht. Het is inmiddels tegen vijven en we nemen een biertje in de Izakaya/kroeg. Het is maandagmiddag en het is er gewoon druk. Veel Japanners gaan na het werk nog even wat drinken met collega’s en eten er dan ook wat bij. Hier staat dan ook 6 man achter de bar, waarvan er 4 aan het koken zijn.

Hoewel het gezellig is vertrekken we op tijd en eten we op de hotelkamer van de lekkere dingen die we in het foodcourt hebben gekocht.
De volgende dag fietsen we naar de dierentuin en botanical garden. Het is even zoeken als de weg de bult op slingert, maar we vinden de westingang van de dierentuin. Het is een beetje een zielige bedoening. Veel kleine hokken in het oude gedeelte. Het nieuwe gedeelte ziet er mooi uit maar ook hier zitten dieren vaak alleen. De botanische tuin is leuk en deels gevuld met pick-nickende schoolklasjes. 

 Wij hadden met de overgebleven spullen van gisteravond en nog wat makreel sushi van de Foodcourt een rugzakje mee voor de lunch. We vinden dat we al op die Japanners beginnen te lijken, als we ook een plekje zoeken in de schaduw om te eten.

Na de lunch lopen we door de tuin en het kassencomplex met een mooie orchideeën-vezameling. Wat in de kas weer opvalt is dat er verschillende klimaatzones zijn. Doen ze goed, toch haalt deze tuin het niet helemaal bij die van Kyoto.We beklimmen nog even de uitkijktoren vlak bij de west gate van de dierentuin en hebben een mooi uitzicht over de stad. 

   

  


Daarna gaan we weer richting Horori park, om de ruïnes te bezoeken en de Japanse tuin. Vooral de Japanse tuin is echt de moeite waard, prachtig nu de Azalea’s in bloei staan. 

  

   

   

In Horori park gaan we nog even op de dam zitten om wat te eten en even te chillen. Aan de overkant komt steeds een Afrikaanse man voorbij rennen. Lang, dun, blauw pakje en grote fluo gele schoenen, Maar we zijn vooral onder de indruk van zijn loopstijl en zijn snelheid; zelfs fietsen haalt hij in. Als hij voor de derde keer langskomt, klokt Nanna hem. Hij loopt het rondje van 2000m in 5:56!!

We fietsen nog naar Nishi park, een groene heuvel midden in de stad met een tempel/shrine bovenop. Wel leuk, maar niet echt bijzonder. We gaan op weg naar de kust/havens en maken nog wat leuke foto’s. 

   
 Hier zou ook een straat met eet-kraampjes moeten zijn. Het blijken allemaal ramen-zaakjes en er gebeurt nog niks behalve wat voorbereidend werk. Even verderop vinden we een sushi restaurant met een lopende band, moet je ook een keer gedaan hebben, dus die wordt het. De sushi is echt goed. Er komen bordjes voorbij met twee stuks erop vanaf 100Yen. De wasabi zit er meestal al op en de vis is spartel vers. Tonijn, zalm, dorade, inktvis, makreel en zeebaars. Lekker! 😄

  
Rond acht uur zijn we weer in Hotel Green ANNEX bij het station. Lekker douchen en omkleden, want we gaan het hier nog even afsluiten in de Izakaya. Het is er deze dinsdagavond echt druk. We vinden iets van een plekje op de hoek van de bar, maar even later krijgen we een betere plek aangewezen aan een lange tafel. We zitten naast twee Japanse jonge dames, Yoko en Yumi, en er komt iets van een gesprek op gang. Eerst heel voorzichtig, maar al doende met Engels, Japans, handen en voeten en foto’s wordt het toch gezellig. Zij zijn morgen vrij, dus we nemen er nog een en er mengen zich nog wat meer mensen die ook aan tafel zitten in het gesprek. Tegen twaalf uur worden we de tent uitgebonjourd. En we nemen afscheid met handenschudden en hier en daar een knuffel. Top-avond!

   
 
De 4 dagen in Fukuoka zijn omgevlogen; wat een leuke stad.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

You may use these HTML tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>